GAT Dossiernr: GD0034-2024

8 november 2024
Zaken vereenvoudigd afgedaan

 

Stichting Geschilleninstantie Alternatieve Therapeuten –
Nederlandlaan 234 – 2711 JH – Zoetermeer – KvK: 69709769 – st. geschil alternat thera NL63 INGB 0008108474 info@gatgeschillen.nl – Rijks erkend sinds 2017
gatgeschillen.nl

Geschilleninstantie Alternatieve Therapeuten
Vereenvoudigd afgedaan

 

Zaken worden geanonimiseerd gepubliceerd en geanalyseerd. Dit gebeurt op zodanige wijze dat deze niet tot personen herleidbaar zijn. De analyses van de uitspraken zijn ter bevordering van de jurisprudentie en hebben tot doel een eenduidige geschillenbeslechting te bevorderen.

Zaken worden door de GAT ook gepubliceerd op geschillendossier.nl

Analyse Geschilleninstantie Alternatieve Therapeuten

Analyse van de GAT betreffende dit dossier:

– Het is voor zorgzoekers belangrijk te kunnen vertrouwen op het keurmerk van de therapeut.

– Bij rode vlaggen volgens de GAT-beroepscode verwijst een alternatieve therapeut door naar de huisarts.

Algemeen

Betreffende: ‘Klager’ – ‘Beklaagde’
Dossiernummer: GD0034-2024
Datum klacht ontvangen: 2 oktober 2024
Datum afgedaan: 8 november 2024

Betrokkenen:

(1) ‘Klager’
(2) ‘Beklaagde’
(3) GAT-klachtenfunctionaris

Klacht

De klacht van ‘klager’ is als volgt samen te vatten:

“Afgelopen voorjaar ben ik ca 3 maanden in therapie/behandeling geweest bij ‘beklaagde’. Naar mijn stellige overtuiging voldoet ‘beklaagde’ absoluut niet aan gestelde CAT-vergoedbaar-kwaliteitseisen en is ‘beklaagde’ ten onrechte in dit register opgenomen. Maar daarover gaat mijn inhoudelijke klacht niet. Dus dit terzijde. Op inhoud: ‘Beklaagdes’ aanpak was ronduit schadelijk voor mij en leidde bij mij tot steeds hoger oplopende psychische ontregeling. Waarover ik in verschillende sessies bij ‘beklaagde’ aan de bel heb getrokken (suïcidale gedachten, psychotische kenmerken, dissociatieve klachten vanwege heel onveilig voelen bij ‘beklaagde’ en bij door ‘beklaagde’ gekozen insteek van behandeling. ‘Beklaagde’ labelde mijn feedback echter als behorend bij mijn problematiek en wilde er daarom inhoudelijk niet naar luisteren. ‘Beklaagde’ labelde mijn feedback als copingmechanisme vanuit trauma om juist maar niet met mijn trauma’s aan de slag te hoeven?!? Waardoor ik mij compleet monddood gemaakt voelde en mijn angst torenhoog werd met alle gevolgen voor mij van dien. ‘Beklaagde’ had veel eerder moeten inzien en erkennen dat mijn problematiek ‘beklaagdes’ kennis/vaardigheden oversteeg en had mij moeten doorverwijzen. Uiteindelijk stuurde ik ‘beklaagde’ een uitgebreide brief met gedegen onderbouwing waarom ik me te onveilig bij ‘beklaagde’ en ‘beklaagdes’ manier van werken voelde om te blijven komen en ik vroeg ‘beklaagde’ eerst met collega’s te gaan overleggen omtrent hoe nu verder. ‘Beklaagdes’ reactie: “ik begrijp dat je stopt, jammer ik had je graag gegund dat je van denken naar voelen leerde gaan, wat mij betreft blijf je welkom”. Punt. Verder niks. Niet eens meeleven of excuus. Einde behandeling want uiteraard ben ik daarna niet meer naar beklaagde toe gegaan. Ik kan persoonlijk contact met deze therapeut niet meer aan. Uiteraard wil ik u wel mijn brief en een eerder schrijven van mij aan ‘beklaagde’ wat ‘beklaagde’ ook niet eens wilde doorlezen, doorsturen, evenals ‘beklaagdes’ reactie op mijn brief. De reden dat ik nu pas mijn klacht indien is omdat ik me hier nu pas weer toe in staat voel. Alleen aan ‘beklaagde’ denken roept nog steeds enorme gevoelens van angst op en ik raak er zelfs letterlijk misselijk van. Ik heb mij inmiddels aangemeld bij de GGZ en kan daar binnenkort starten met (trauma-)behandeling. O.a. om alsnog te kunnen herstellen van de schade opgelopen door de behandeling van ‘beklaagde’. Concreet is mijn klacht dus dat de behandeling van ‘beklaagde’ een schadelijke uitwerking op mij heeft gehad, dat ‘beklaagde’ mijn herhaald aangegeven feedback hierover niet serieus heeft genomen, dat ‘beklaagde’ mij niet tijdig heeft doorverwezen en dat ‘beklaagde’ ook na het vastlopen van de therapie er geen enkel excuus kwam, ‘beklaagde’ geen enkele nazorg heeft verleend maar mij aan mijn lot heeft overgelaten. Terwijl ‘beklaagde’ als therapeut had moeten aanvoelen dat dat onverantwoord was gezien mijn emotionele/psychische kwetsbaarheid op dat moment.”

Verder aangegeven door ‘klager’

Klager heeft nog verdere informatie verstrekt:

Is de ‘beklaagde’ een therapeut, docent of opleider?
”De ‘beklaagde’ is een therapeut.”

Bij welke organisatie is de ‘beklaagde’ aangesloten?
”Collectief Alternatieve Therapeuten (CAT)”

Welk traject kiest de ‘klager’ momenteel? Via klachtenfunctionaris of direct naar commissie:
”Nog niet bekend.”

Indien van toepassing; de schade die de ‘klager’ geleden heeft:
”Nee er is geen financiële schade.”

Hoe kan deze (eventuele) schade worden aangetoond?
”Er is geen sprake van aantoonbare financiële schade. De mentale schade was en is echter groot.”

Een mogelijk oplossing voor het geschil zoals aangedragen door de ‘klager’:
”Mijn voorstel is tweeledig: 1. Onderzoeken of ‘beklaagde’ terecht is opgenomen in het kwaliteitsregister van CAT-vergoedbaar. Zo niet, ‘beklaagde’ verwijderen uit dat register.
2. Een forse financiële vergoeding voor de mentale schade die ik door ‘beklaagde’ heb geleden. Ik kwam voor verwerking van eerder opgelopen trauma’s, in plaats daarvan schoot ik dankzij ‘beklaagdes’ aanpak tijdens ‘beklaagdes’ sessies en in de periodes ertussendoor in maandenlange heftige herbelevingen/hoog oplopende angsten en heb ik er nu een extra trauma bij gekregen. Mijn vertrouwen in hulpverleners was al niet groot; dit was onderdeel van de hulpvraag waarmee ik bij ‘beklaagde’ binnenkwam; ‘beklaagde’ gaf aan dit helemaal te begrijpen en wél goed bij mij te kunnen gaan aansluiten. In plaats daarvan kreeg ik er een hulpverlenerstrauma bíj. Ik mag binnenkort alsnog starten met therapie binnen de GGZ. Helaas zal mijn nieuwe behandelaar dus éxtra werk te verrichten hebben, en zal ik me extra onveilig gaan voelen binnen die nieuwe therapie, omdat mijn wantrouwen in hulpverleners door ‘beklaagdes’ aanpak dus alleen maar vergroot is. Dit is niet in geld uit te drukken. Gezien de ernst van nalatigheid, onkunde en (zelfs na afloop) geen verantwoordelijkheid nemen van therapeut en niet tonen van enige bereidheid tot zelfreflectie is mijn voorstel om het maximale schadebedrag van 25.000 euro aan mij toe te kennen.”

Zijn er stukken die de ‘klager’ wil aanleveren?
”Ja, ik wil ook stukken meesturen.”

Op welke datum is de klacht ontstaan? Indien dit niet bekend is, geef dan een schatting:
”Mijn therapie bij ‘beklaagde’ startte in januari 2024.”

Op welke datum is de klacht kenbaar gemaakt aan de beklaagde zorgaanbieder? Indien dit niet heeft plaatsgevonden, geef dan aan waarom:
”Ik heb tijdens de sessies die in totaal een periode van ca 3 maanden in beslag namen, meerdere keren geprobeerd hierover met ‘beklaagde’ in gesprek te gaan. Mijn uiteindelijk aan ‘beklaagde’ gestuurde brief verstuurde ik op 01-05-2024.”

Op welke datum heeft de zorgaanbieder op uw klacht gereageerd (indien dit heeft plaatsgevonden)? Geef in het kort ook weer wat de inhoud van deze reactie was:
”Ook op 01-05-2024. Ik kreeg van ‘beklaagde’ deze mailreactie:

Hoi ‘klager’,
Zoals beloofd zou ik je mail met aandacht lezen en reageren. Bij deze! Ik begrijp en respecteer jouw ervaring en dat je van daaruit maandag niet wil komen. Jammer, want ik vond het een waardevol proces waarin ik jou de ervaring van denken naar voelen gunde. Van mij uit ben je dan ook nog steeds van harte welkom.

Hartelijke groet,
‘Beklaagde’

Dit is het enige wat ik terug heb gekregen. Terwijl ik in mijn brief aandrong op een tijdelijke therapiestop zodat ‘beklaagde’ eerst met collega’s, bv middels intervisie, zou kunnen overleggen omtrent ‘hoe nu verder’. Mijn vermoeden is dat ‘beklaagde’ helemaal geen intervisiegroep heeft (terwijl dat wel een vereiste is?).”

Behandeling GAT-klachtenfunctionaris

De GAT-klachtenfunctionaris heeft de zaak op de volgende wijze vereenvoudigd afgedaan:

“Klager’ geeft aan na 3 maanden behandeling juist meer klachten heeft gekregen ipv dat de klachten zijn verminderd. Een mogelijk royement beklaagde en een vergoeding voor mentale schade ziet klager als oplossing. De klacht is vanuit de ambtelijk secretaris naar de klachtenfunctionaris doorgezet. Van daaruit is contact gezocht met de ‘klager’ en besproken wat de klacht behelst en wat wenselijk is. De klacht bestaat uit 2 delen. Van daaruit is uiteindelijk in overleg met de ‘klager’ voor het eerste deel van de klacht vastgesteld dat de ‘klager’ zelf bij het CAT melding kan (en dient) te doen. Ten aanzien van het tweede deel van de klacht is een en ander besproken en heeft ‘klager’ besloten dit te laten rusten.

Aldus bemiddeld op: 8 november 2024

Door:

De heer Ron Pieper (GAT-klachtenfunctionaris)